Houtdijk

Plaats
Buurtschap
Woerden
Utrecht

houtdijk_smalle_weg_met_aan_beide_kanten_water.jpg

Buurtschap Houtdijk ligt aan de gelijknamige smalle weg, met aan weerszijden een waterloop (© Jan Dijkstra, Houten)

Buurtschap Houtdijk ligt aan de gelijknamige smalle weg, met aan weerszijden een waterloop (© Jan Dijkstra, Houten)

houtdijk_smalle_weg_met_aan_beide_kanten_water_en_knotwilgen.jpg

Bij een deel van de buurtschap Houtdijk staan ook rijen knotwilgen langs de weg en het water (© Jan Dijkstra, Houten)

Bij een deel van de buurtschap Houtdijk staan ook rijen knotwilgen langs de weg en het water (© Jan Dijkstra, Houten)

houtdijk_boerderij_met_rood-witte_luiken_en_leilinden.jpg

In buurtschap Houtdijk vind je nog veel mooie, oude  boerderijen. En ze zijn allemaal anders. Zoals deze boerderij met rood-witte luiken en leilinden. (© Jan Dijkstra, Houten)

In buurtschap Houtdijk vind je nog veel mooie, oude boerderijen. En ze zijn allemaal anders. Zoals deze boerderij met rood-witte luiken en leilinden. (© Jan Dijkstra, Houten)

houtdijk_boerderij_met_mooie_voortuin.jpg

Buurtschap Houtdijk, boerderij met fraaie voortuin (© Jan Dijkstra, Houten)

Buurtschap Houtdijk, boerderij met fraaie voortuin (© Jan Dijkstra, Houten)

houtdijk_boerderijen.jpg

Nog meer boerderijen in de buurtschap Houtdijk. In de voorste is recentelijk een woonzorgboerderij en zorgboerderij voor dagbesteding gerealiseerd (voor nadere informatie zie het kopje Links). (© Jan Dijkstra, Houten)

Nog meer boerderijen in de buurtschap Houtdijk. In de voorste is recentelijk een woonzorgboerderij en zorgboerderij voor dagbesteding gerealiseerd (voor nadere informatie zie het kopje Links). (© Jan Dijkstra, Houten)

houtdijk_buurtschapsgezicht.jpg

Nog een uitzicht in buurtschap Houtdijk (© Jan Dijkstra, Houten)

Nog een uitzicht in buurtschap Houtdijk (© Jan Dijkstra, Houten)

houtdijk_in_de_verte_een_geriefhoutbosje.jpg

Hoewel 'grote' stad Woerden 'om de hoek' ligt, heb je in de - nog net - Kamerikse buurtschap Houtdijk nog rondom weidse uitzichten, hier met op de achtergrond een geriefhoutbosje. (© Jan Dijkstra, Houten)

Hoewel 'grote' stad Woerden 'om de hoek' ligt, heb je in de - nog net - Kamerikse buurtschap Houtdijk nog rondom weidse uitzichten, hier met op de achtergrond een geriefhoutbosje. (© Jan Dijkstra, Houten)

1-_mg_3569.jpg

Buurtschap Houtdijk zien we hier in de verte, vanaf de gelijknamige weg

Buurtschap Houtdijk zien we hier in de verte, vanaf de gelijknamige weg

Houtdijk

Terug naar boven

Status

- Houtdijk is een buurtschap in de provincie Utrecht, gemeente Woerden. T/m 7-9-1857 gemeente Kamerik-Houtdijken. Per 8-9-1857 over naar gemeente Kamerik, in 1989 over naar gemeente Woerden.

- De buurtschap Houtdijk valt, ook voor de postadressen, onder het dorp Kamerik.

- De buurtschap Houtdijk heeft geen plaatsnaamborden, zodat je slechts aan de gelijknamige straatnaambordjes kunt zien dat je er bent aangekomen.

Terug naar boven

Naam

Spelling
De buurtschap ligt in de Polder Groot Houtdijk in het W en de Polder Klein Houtdijk in het O. De grens tussen deze polders wordt gevormd door de Teckopse Molenvliet, die O parallel aan de N212 (Ingenieur Enschedéweg) loopt. Vanwege deze 2 polders werd de vroegere gemeente Kamerik-Houtdijken genoemd. Later is dit ook als buurtschaps- en dus plaatsnaam in de atlassen verschenen. En zo staat het daar nog altijd. Maar... Houtdijken was primair de naam voor de genoemde gezamenlijke polders - en de later daarnaar genoemde gemeente - en niet zozeer voor de buurtschap. De weg die door de buurtschap loopt, heet namelijk Houtdijk, en dát is er maar één, en het is gangbaar om een buurtschap naar de straatnaam te noemen, en niet naar de gezamenlijke polders. Die naam lijkt ons tevens, gezien die straatnaam, ook het meest ingeburgerd. Wij houden de straatnaamspelling daarom óók aan voor de buurtschaps- dus plaatsnaam. Mede gezien de oudere vermeldingen (zie hierna).

Oudere vermeldingen
Ca. 1307 In Hofdijc, In den Hofdijc, 1314 an den Houdijc in Gherverscoip, 1381-1383 aen den Houdijk, 1433 Houdijcs dijck, 1498 Houdyck, 1840 Grooten- en Kleinen-Houtdijk.

Naamsverklaring
De oudste vorm staat op zichzelf, maar wordt ondersteund door het Middelnederlandse hofdijc, waarschijnlijk een samenstelling met hof = hoeve 'stuk land van een bepaalde grootte', een toponiem dat ter aanduiding van een dijk vaker voorkomt, waarvoor zie Hofdijk. De latere vermeldingen van het type Houdijc en de huidige vorm wijzen op een reïnterpretatie tot houtdijk, een dijk waarbij voor de constructie gebruik is gemaakt van hout.(1)

Terug naar boven

Ligging

De buurtschap Houtdijk ligt grotendeels rond de gelijknamige weg en voor een klein deel rond het N haaks hierop gelegen, doodlopende Houtdijkerpad. De buurtschap ligt ZO van de dorpen Kamerik en Kanis, NO van de stad Woerden, NW van het dorp Harmelen en ZZW van het dorp Kockengen. De weg vormde vóór de gemeentelijke herindelingen van 1989 ter plekke de grens tussen de gemeente Kamerik in het N en Woerden in het Z, en sindsdien is het nog altijd de grens ter plekke tussen het dorpsgebied van Kamerik in het N en het stadsgebied van Woerden in het Z.

Terug naar boven

Statistische gegevens

In 1840 omvat de buurtschap 44 huizen met 243 inwoners, onderscheiden in 33 huizen met 162 inwoners voor het deel Groot Houtdijk in het W, en 11 huizen met 81 inwoners voor het deel Klein Houtdijk in het O. Tegenwoordig heeft de buurtschap ca. 20 woonhuizen, plus een woonzorgcomplex (zie hieronder onder het kopje Links) met ca. 12 grotendeels 1-persoons-appartementen. In totaal zal het aantal inwoners daarmee ca. 60 bedragen.

Terug naar boven

Geschiedenis

Bestuurlijk
Het in 1131 door adellijke jonkvrouwen gestichte Convent van Oudwijk heeft veel onroerend goed. Alleen in Kamerik bezit het eertijds al 600 morgen. Als grootgrondbezitter drukt het Convent lange tijd duidelijk een stempel op het bestuur van de polder Groot-Houtdijk. De schouwbrief van 1523 bepaalt zelfs dat de rentmeester van Oudwijk deel uit dient te maken van de vier 'geschickten', die het polderbestuur vormen. De twee molenmeesters dienen "vanuit de gemene buren, soowell den armen als die rijke als dat van Goots weegen alsoo behoort" te worden gekozen. De rentmeester en de molenmeesters kiezen vervolgens gezamenlijk een schout en daarmee is het bestuur compleet.

De kerkhervorming maakt een einde aan de glorietijd van het jonkvrouwenconvent. Niettemin worden de aanvullende bepalingen op de schouwbrief, waartoe de buren van Houtdijk in 1611 besluiten, een jaar later nog officieel door de abdis van Oudwijk bekrachtigd. De rentmeester verdwijnt echter van het toneel en de Staten van Utrecht nemen het beheer van de goederen van het Convent over. Zo wordt in 1643 de nieuwe molen aanbesteed door de schout en heemraden van Groot Houtdijk "met advis vande heeren (!) van de Convente van Outwijck". Voorts zijn de Staten van Utrecht betrokken bij zaken als de benoeming van heemraden, het salaris van de schout en secretaris en het jaarlijks sluiten van de rekening. Pas in de Franse tijd komt hier verandering in.

De besturen van Groot en Klein-Houtdijk bestonden elk uit een schout en twee heemraden. Bij de reglementering van de beide waterschappen in 1863 wordt de aloude bestuurssamenstelling schriftelijk bevestigd. De bijzondere reglementen van beide waren geschoeid op de leest van het Algemeen Reglement op de Waterschappen in Utrecht van 1857. Het feit dat de twee waterschappen grotendeels in de provincie Utrecht en voor een deel W in Zuid-Holland liggen, brengt nog wel een extra rompslomp met zich mee. De bijzondere reglementen worden in 1863 bij besluiten van de Staten van Utrecht en de Staten van Zuid-Holland vastgesteld. De schout, na 1863 meestal voorzitter genoemd, wordt door de gedeputeerde staten van beide provincies benoemd uit een voordracht van 3 personen, die wordt opgemaakt door de stemgerechtigde ingelanden.

Tot 1917 worden de functies van schout van Groot en Klein-Houtdijk door dezelfde persoon bekleed. Het reglement bepaalt dat de heemraden worden gekozen door de stemgerechtigde ingelanden. Stemgerechtigd ingeland is ieder, die binnen het waterschap een of meer hectare land of water in volle eigendom, erfpacht of vruchtgebruik bezit en hiervoor in de omslag betaalt. In principe levert elke hectare een stem op in de vergaderingen van de stemgerechtigde ingelanden, waarin alle belangrijke polderzaken aan de orde moeten worden gesteld. Zo dient de begroting van het waterschap eerst door de stemgerechtigde ingelanden te worden vastgesteld, alvorens deze ter goedkeuring wordt verzonden aan het Groot-Waterschap van Woerden. Voor het onderzoek van de rekening wordt uit de stemgerechtigde ingelanden een commissie gevormd, die aan de vergadering verslag uitbrengt. Daarna wordt de rekening voorlopig vastgesteld door de stemgerechtigde ingelanden en door het Groot-Waterschap vastgesteld. Overigens is het afhoren van de rekening reeds lang voor de reglementering een aangelegenheid waarbij de ingelanden betrokken zijn.

Hoewel het kleinschalige zo zijn charme heeft, is in de jaren zestig al duidelijk de wenselijkheid naar voren gekomen om de waterschapsversnippering te beëindigen. Per 1 januari 1975 valt definitief het doek voor de besturen van Groot en Klein-Houtdijk en 32 andere waterschappen, die tot die tijd onder toezicht van het Groot-Waterschap van Woerden hebben gefungeerd.

Waterbeheer
De voormalige waterschappen Groot en Klein-Houtdijk waren beide gelegen in zowel de gemeente Kamerik als de gemeente Woerden. Kamerik behoorde tot Utrecht (het Sticht) en het Land van Woerden was Hollands gebied. Groot-H. besloeg een oppervlakte van ruim 333 ha, waarvan 215 ha in Kamerik en 118 ha in Woerden lag. De totale oppervlakte van Klein-H. was 185 ha, waarvan 165 ha in Kamerik en 20 ha in Woerden. Het Woerdense gedeelte van de waterschappen staat bekend onder de naam Geestdorp, een vruchtbare kleistrook ten noorden van de Oude Rijn. Het grootste gedeelte van het Geestdorpse kleiland is in de 17e en 18e eeuw 'afgeticheld' ten behoeve van de Woerdense steen- en pannebakkerijen. Het afgetichelde land werd beplant met wilgen- en elzenhout en later weer tot grasland ontgonnen. Het veengebied ten noorden van Geestdorp is later in cultuur gebracht. De veenpolders Groot en Klein-Houtdijk worden gezien als een zeer vroege ontginning: De Houtdijken behoorden tot het gebied waar de zgn. dertiende penning als handwissel diende te worden betaald. Het dertiende penning-gebied is ontstaan in de 11e of 12e eeuw.

In 1715 verkopen de Staten van Utrecht de ambachtsheerlijkheid van 'Kamerik en de Houtdijken' aan de familie Van Teylingen. Dit verklaart de toevoeging -Teylingens achter de benamingen Groot en Klein-Houtdijk in de wat oudere archiefstukken. De polders Groot- en Klein-Houtdijk hadden ieder een eigen uitwatering op de Oude Rijn. Zoals reeds opgemerkt viel Geestdorp grotendeels binnen het bemalingsgebied van Groot- en voor een klein deel in dat van Klein-. Beide waterschappen beschikken aanvankelijk over een wipwatermolen. Omstreeks 1735 wordt die van Klein- echter vervangen door een achtkante molen.

Later, in het begin van de 20e eeuw, komt er een einde aan de windbemaling. Vanaf die tijd sluiten de polderbesturen bemalingscontracten met de naburige waterschappen, die tegen betaling voor een permanente bemaling zouden zorgdragen. Groot-Houtdijk sluit hiertoe op 28 november 1907 een overeenkomst met waterschap Kamerik-Teylingens. Klein-Houtdijk wordt ingevolge een contract van 23 mei 1913 sinds dat jaar bemalen door waterschap Teckop. In de jaren zestig volgt er een wijziging in de waterhuishouding: het gemaal Gerverscop gaat onder meer heel Klein-Houtdijk en een gedeelte van Groot-H. bemalen. Van de bemalingskring Gerverscop maakten voorts de waterschappen Gerverscop, Breudijk en een gedeelte van Oudeland en Indijk deel uit.

Tot de opheffing per 1 januari 1975 zijn Groot en Klein-Houtdijk inliggende waterschappen binnen het Groot-Waterschap van Woerden. De inliggende polders in het Groot-Waterschap waren belast met enig banwerk; arbeid die onder ban of rechtsdwang stond. Het banwerk bestond voor deze polders uit het onderhoud van een gemeenschappelijk hoefslag op de Oude Rijn en een hoefslag op de Linschoten of de Jaapbijzerwetering. In de jaren zestig wordt het banwerk uitbesteed aan het Groot-Waterschap. Het Groot-Waterschap van Woerden neemt in 1975 de taken van de inliggende waterschappen over. Achtergrond is niet alleen een doelmatig waterkwantiteitsbeheer, maar de polderconcentratie maakt het ook mogelijk dat de nieuwe waterkwaliteitsbeheerstaak goed kan worden uitgevoerd. (bron: RHC Rijnstreek en Lopikerwaard)

- Waterschap Klein Houtdijk in de gelijknamige polder beschikte voor de bemaling over de Klein Houtdijker Molen, een windmolen van het type grondzeiler. De molen is in 1615 of eerder gebouwd, in 1735 afgebrand, in 1736 herbouwd, en in 1915 gesloopt, omdat het waterschap toen mede-gebruik ging maken van het nieuwe stoomgemaal van waterschap Teckop (zie nr. 769 onder de link) dat, in tegenstelling tot wat de naam suggereert, in de polder Klein Houtdijk stond, en gelegen was aan de Teckopse Molenvliet. In de jaren zestig is het waterschap toegetreden tot de bemalingskring Gerverscop.

- Zie verder het artikel 'Tot nutschap des Gemeenlants van den Houdijk. De bestuursinrichting en windbemaling van Waterschap Groot-Houtdijk', door J.F. van Rooijen, in tijdschrift Heemtijdinghen van de Stichts-Hollandse Historische Vereniging, jaargang 1993, nr. 3, pag. 68-80.

Oudste boerderij van Kamerik
Op huisnummer 1 staat boerderij Duifhuis. Oorspronkelijk heeft hier vermoedelijk de oudste boerderij van Kamerik gestaan. Helaas is daar ter plekke niets meer van te zien, omdat er nu een tamelijk recent gebouwde boerderij staat. Enkele citaten m.b.t. de geschiedenis van deze locatie: "De oude en aanzienlijke hofstede Mairloge (...) kwam omstreeks 1400 door verschillende aankopen definitief in eigendom aan het in 1131 gestichte Convent voor adellijke jonkvrouwen Oudwijk bij (thans in) Utrecht. (...) Een van de belangrijkste onder die hofsteden was 'de uythof van het Convent geheten Mairloge', zoals die meestal genoemd werd - echter ook wel Merlo, Meerlo, Meerloch. (...) We weten in ieder geval dat Jan van Meerlo, toen reeds genoemd naar de hofstede, in 1370 van de Hollandse graaf een leen van 10 morgen ontving, dat er deel van uitmaakte. (...) De hofstede lag (en ligt nu onder de naam Duifhuis) even buiten Geestdorp, in de polder Groot-Houtdijk. (...)

We kunnen aannemen dat Mairloge reeds lang voor deze veenpolderontginning bestond als een hofstede, die de kleistrook als gras- en bouwland exploiteerde en weldra ook aandeel nam in de ontginning van het erachter liggende veenmoeras tot de huidige polder Groot Houtdijk. Zo is duidelijk waaraan de naam Mairloge, die immers 'moerasbos' betekent, is ontleend. Een naam herinnerend aan een ontstaan dat wel meer dan 1000 jaren terug kan liggen." (bron: Z. van Doorn, 'Oude hofsteden in Geestdorp', in: Zuidhollandse Studiën, XIV, 's-Gravenhage 1968, p 61-71). - Geschiedenis van boerderij Duifhuis en haar bewoners door de eeuwen heen, op de genealogische website van Laurens Beijen, wiens grootvader de boerderij in 1919 heeft gekocht.

Terug naar boven

Bezienswaardigheden

- De buurtschap heeft nog veel oude monumentale boerderijen, waaronder 2 rijksmonumenten, zijnde boerderij Veldzicht met zomerhuis annex wagenschuur, beide uit 1874, op huisnr. 8. Verder nog 3 gemeentelijke monumenten, zijnde de dwarshuisboerderij op nr. 14, het zomerhuis op nr. 15 en de krukhuisboerderij op nr. 16.

Terug naar boven

Links

- Zorg: - Stichting Landelijk Wonen Klein Houtdijk is een recentelijk gerealiseerde woonzorgboerderij, met 12 grotendeels 1-persoonsappartementen en 2 2-persoonsappartementen voor ouderen met cognitieve problemen zoals dementie. Op hetzelfde erf is ook Zorgboerderij Ons Boeren Gerief van Jolanda en Gerrit van der Haven gevestigd, die een zinvolle dagbesteding biedt aan dementerende ouderen, ouderen met een geringe lichamelijke beperking, ouderen in een sociaal isolement en mensen met een verstandelijke beperking. Op het terrein om de boerderij bevindt zich een sierlijke moestuin, een hoogstamboomgaard en een biologische veehouderij met kippen, konijnen, witte melkgeiten, een koe, een paard, Afrikaanse Boergeiten en 2 honden.

Reacties

(10)

Geachte lezer,
Graag zou ik indien beschikbaar tekst en foto`s ontvangen van de molen Klein Houtdijk te Kamerik.
Mijn overgrootvader was de laatste molenaar van deze inmiddels verdwenen molen.

Met vriendelijke groet, Hettie van Wijk van Wijngaarden

In het hoofdstuk Geschiedenis vindt u onder het kopje Waterbeheer, 5e alinea, een link naar de Molendatabase, met een pagina tekst en een foto van de molen die u bedoelt. Omdat de molen in 1915 is afgebroken, in het begin van het foto-tijdperk, en dat een site van molen-specialisten is, die de informatie over een molen uit allerlei bronnen bij elkaar verzamelen, vermoed ik dat er niet (veel) meer tekst en beeld van is dan dit. Daar komt u al een heel eind mee lijkt me. Maar als er iemand reageert die nog meer informatie en/of beeld heeft, laat ik het u weten.
U zou ook de Stichts-Hollandse Historische Vereniging kunnen mailen, die onder meer het dorpsgebied van Kamerik als werkgebied hebben. Wellicht is in hun tijdschrift https://shhv.info/publicaties/heemtijdinghen/ ooit een artikel over deze molen verschenen.
Met vriendelijke groet, Frank van den Hoven, hoofdredacteur Plaatsengids.nl

Mijn overgrootmoeder Maria Helena Beijen-Hoogeboom (1858-1948) is in 1920 eigenaar geworden van de hierboven genoemde boerderij Duifhuis met de bijbehorende grond. Zij was sinds 1915 weduwe. De boerderij werd op een veiling in Utrecht namens haar gekocht door haar zoon Arie Beijen. Haar zoon Cornelis Beijen (mijn grootvader) ging met zijn gezin op de boerderij wonen, en zijn moeder trok bij hem in.
Mijn vader (1912-2001) heeft me een paar keer verteld dat mijn grootvader de molen eigenhandig heeft afgebroken. Dat moet dus in of na 1920 zijn geweest, en dat klopt niet met de hierboven genoemde afbraak in 1915. Misschien is een deel van de molen in 1915 afgebroken en heeft mijn grootvader later de rest afgebroken?

Ik heb op het internet naar aanvullende gegevens gezocht, en nog een uitvoerig artikel gevonden over de geschiedenis van polder/waterschap Groot-Houtdijk, waarin ook het door u bedoelde Duifhuis ligt. Dat artikel heb ik nu vermeld en gelinkt als laatste alinea in het hoofdstuk Geschiedenis. Blijkens het kaartje in dat artikel ligt het door u bedoelde Duifhuis in het W uiteinde van de buurtschap. Het jaar 1915 waar u op doelt, heeft betrekking op de Klein-Houtdijker Molen in het O uiteinde van de buurtschap. Dat zal dus vast niet de door u bedoelde molen (van uw grootvader) zijn. Op het kaartje zie je dat NNO van het Duifhuis de Groot-Houtdijker Molen heeft gestaan. Maar aan het eind van het nu door mij gelinkte artikel staat die molen t/m 1907 in functie is geweest, dat de molenaar per 1908 ontslag is verleend, en dat de molen in 1912 onder de slopershamer is gevallen. Dus tja dat maakt het 'gat' met uw jaar 1920 nog groter. Het artikel is geschreven door J.F. van Rooijen in het tijdschrift Heemtijdinghen van de regionale heemkundevereniging Stichts-Hollandse Historische Vereniging. Ik heb zijn adres en tel.nr. gevonden: https://telefoon-gids.com/j-f-van-rooijen-appellaan-harmelen-3481-gv. Zo te lezen heeft deze heer iedere m2 van het verleden van dit gebied uitgekamd, dus als ik u was zou ik contact met hem opnemen; allicht kan hij u verder helpen over hoe deze vork nu precies in de steel heeft gezeten.
Met vriendelijke groet, Frank van den Hoven, hoofdredacteur Plaatsengids.nl

De molen die ik bedoelde was inderdaad die van de polder Groot-Houtdijk. Ik heb het artikel van de heer Van Rooijen gelezen.
Als ik weer een keer in het archief in Woerden ben, zal ik proberen na te gaan of het archief van de polder Groot-Houtdijk nieuw licht werpt op de afbraak van de molen.

Prima. Succes gewenst met uw onderzoek. En mocht er nog een relevante correctie of aanvulling op de hierboven vermelde gegevens aan het licht komen, dan verneem ik dat graag, opdat ik eventueel nog iets kan aanpassen of aanvullen.

Uit het archief blijkt dat de molen in de periode 1912-1915 is afgebroken. Het verhaal dat ik hoorde over afbraak door mijn grootvader klopte dus niet. Het zou wel kunnen zijn dat hij de fundamenten van de molen heeft verwijderd.
Inmiddels heb ik op mijn familiewebsite een pagina geplaatst over de boerderij in de polder Groot-Houtdijk waar mijn grootouders en hun gezin hebben gewoond: "De boerderij Duifhuis bij Kamerik en Woerden".

Mooi dat daar nu helderheid over is, over de periode van afbraak althans. U heeft een mooi artikel gemaakt over de geschiedenis van de boerderij en haar bewoners in tekst en beeld. Dat is zeker interessant voor wie 'iets' heeft met deze buurtschap. Ik heb het hierboven dan ook gelinkt, aan het eind van het artikeltje over deze boerderij.

Vraag1 Een van mijn voorvaderen was Cornelis Plomp (1754-1827) die boer was in de Houtdijken. Hij had het onderhoud van het Plompenbrugje.
Bestaat die boerderij nog?
Vraag 2 Andere Plompen boerden in Geestdorp.
Bestaat er van die polder een kaart uit de 16e/17e eeuw?
Vraag 3 Zijn de namen ook bekend van de molenaars op de Houtdijker molens?
Bij voorbaat dank
Adrianus Plomp

Voor een deel kan ik uw vragen beantwoorden. M.b.t. 3): In de laatste alinea van het hoofdstuk Waterbeheer in het hoofdstuk Geschiedenis link ik naar een uitvoerig artikel over het waterschap Groot-Houtdijk, waar (lange tijd) ook (een groot deel van) Geestdorp onder viel. Op pag. 77 vindt u daar een lijst met molenaars door de eeuwen heen. Met de kanttekening die daar (onderaan pag. 76) wordt gemaakt dat alleen de molenaars bekend zijn die rechtstreeks in dienst waren van de polder. In de 'gaten' die er in de perioden zitten, waren de molenaars kennelijk in dienst van de aannemer, die toen ook verantwoordelijk was voor de bemaling en daar molenaars voor inhuurde, die blijkens de alinea onderaan pag. 76 kennelijk niet in de archieven zijn terug te vinden. En de molenaars van de molen van Klein Houtdijk missen dan natuurlijk ook nog.

M.b.t. 2): in het bedoelde artikel staat op pag. 69 een kaart met o.a. Geestdorp anno 1670. Maar er zijn vast nog meer kaarten van.
Wie u wellicht verder kan helpen aan nadere informatie is de Stichts-Hollandse Historische Vereniging (SHHV), die o.a. dit gebied als werkgebied heeft, en in wier tijdschrift Heemtijdinghen het bedoelde artikel ook is verschenen. Ik heb verder op het internet geen nadere informatie kunnen vinden over dit gebied dan ik hierboven heb vermeld, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat er niet meer informatie is; immers nog lang niet alle heemkundige informatie is gedigitaliseerd en op het internet te vinden. Als ik u was zou ik uw vragen, voor zover u die nu nog heeft, dus voorleggen aan de SHHV: https://shhv.info/.
Met vriendelijke groet, Frank van den Hoven, hoofdredacteur Plaatsengids.nl

Reactie toevoegen