Oud Aa

Plaats
Buurtschap
Stichtse Vecht
Vechtstreek
Utrecht

Oud Aa.JPG

In buurtschap Oud Aa aangekomen zien we alleen een zeer bescheiden straatnaambordje. Daar zou toch nog wel een plaatsnaambordje bij mogen.

In buurtschap Oud Aa aangekomen zien we alleen een zeer bescheiden straatnaambordje. Daar zou toch nog wel een plaatsnaambordje bij mogen.

Oud Aa (3).JPG

Buurtschap Oud Aa, mooi gelegen aan het riviertje de Aa

Buurtschap Oud Aa, mooi gelegen aan het riviertje de Aa

Oud Aa (4).JPG

Boerderij Veldzicht in buurtschap Oud Aa

Boerderij Veldzicht in buurtschap Oud Aa

boterwal.jpg

De prachtige Boerenlandwandeling gaat over de Boterwal van de Bosdijk naar Oud Aa

De prachtige Boerenlandwandeling gaat over de Boterwal van de Bosdijk naar Oud Aa

Oud Aa

Terug naar boven

Status

- Oud Aa is een buurtschap in de provincie Utrecht, in de regio Vechtstreek, gemeente Stichtse Vecht. T/m 1948 deels gemeente Breukelen-Nijenrode. In 1949 over naar gemeente Breukelen, in 2011 over naar gemeente Stichtse Vecht. Het N deel van de huidige buurtschap viel onder de gemeente Ruwiel. Dat ging per 1-4-1964 op in de gemeente Breukelen en in 2011 in de gemeente Stichtse Vecht.

- De buurtschap Oud Aa valt voor de postadressen onder het dorp Breukelen, hoewel geografisch gezien Nieuwer Ter Aa wellicht meer voor de hand zou liggen, aangezien dat dorp en de buurtschap beide in het buitengebied liggen W van de A2.

- De buurtschap Oud Aa heeft geen plaatsnaamborden. Het is wel aan een gelijknamige weg gelegen, zodat u dus aan de straatnaam in ieder geval nog kunt zien dat u in de buurtschap bent aangekomen.

Terug naar boven

Naam

Spelling
De naam van deze buurtschap wordt soms met koppelteken geschreven, maar de straatnaam is op de straatnaambordjes en in het postcodeboek zonder koppelteken, dus kennelijk is dat de formele spelling, waaraan wij ons dus conformeren.

Oudere vermeldingen
12e eeuw A, 1498 Broekel ter Ouder A.

Naamsverklaring
Het grondwoord is het Oudnederlandse a(a), dat is ontstaan uit aha, dat op zijn beurt is ontstaan uit het Germaanse ahwô-* 'water'. De oude vermelding slaat ook op een water. Vergelijk De Aa en Ee.(1)
* Gereconstrueerde vorm.

Terug naar boven

Ligging

De buurtschap Oud Aa ligt rond de gelijknamige weg, W van Breukelen, W van de A2, ZW van Nieuwer Ter Aa. O van deze weg loopt de rivier de Aa. W van deze weg ligt de polder Groot en Klein Oud Aa. Wat in de 19e eeuw als buurtschap Oud Aa werd beschouwd, omvatte ook een deel van het huidige Portengen.

Terug naar boven

Statistische gegevens

In 1840 had het deel van de buurtschap Oud Aa onder de gemeente Breukelen-Nijenrode 59 huizen met 315 inwoners. Tegenwoordig heeft de buurtschap (= het deel langs de weg Oud Aa, vroeger viel ook een deel van Portengen e.o. er onder) ca. 40 huizen met ca. 100 inwoners.

Terug naar boven

Bezienswaardigheden

Voormalig kasteel Ruwiel en boerderij Groot Ruwiel
Van kasteel Ruwiel is slechts een omgracht, enigszins ovaal eiland met een diameter van ongeveer 35 meter over (halverwege de buurtschap en weg Oud Aa, direct O van het riviertje de Aa, op plattegronden te herkennen aan de 'uitstulping' aan de Aa). Op het terrein van de vroegere voorburcht staat nu de rijksmonumentale boerderij Groot Ruwiel (huisnr. 34a), met in de gevel een wapensteen met de wapens van de familie Aeswijn en van Ruwiel met het jaartal 1591. Ten oosten van de in 1673 verwoeste ridderhofstad Ruwiel gelegen boerderij van het voerdeeltype op T-vormige plattegrond onder rieten kappen. Het dwarse voorhuis en de stal worden door een brandmuur gescheiden. Het voorhuis is aan de rechterkant onderkelderd.

De van oorsprong uit de 16e(?) eeuw daterende boerderij is, getuige een steentje in de linkerzijgevel van het voorhuis, in 1673 grotendeels herbouwd, met gebruikmaking van bouwmateriaal, afkomstig van de in dat jaar verwoeste ridderhofstad Ruwiel. De oudste constructieve onderdelen van de boerderij bevinden zich in het stalgedeelte. De eiken ankerbalkconstructie heeft een merkensysteem dat een bouwdatum in de 16e eeuw niet uitsluit. De eiken spanten met krommers boven het voorhuis dateren van de 17e eeuw. Aan het voorhuis zijn verschillende soorten en formaten baksteen verwerkt, die, aan de grootte te oordelen, voor een deel afkomstig kunnen zijn van de ridderhofstad en anderzijds het gevolg zijn van verbouwingen in de eeuwen daarna. In de loop van de tijd is de boerderij diverse malen gewijzigd. Een kruiskelder is veranderd in een kelder met troggewelven, de indeling van het voorhuis is aan een veranderend gebruik aangepast, de brandmuur is vernieuwd, evenals de stalmuren in de 19e en 20e eeuw.

Het brede voorhuis heeft een met riet gedekt zadeldak. Aan de gevels zijn diverse formaten baksteen van verschillende ouderdom toegepast. De indeling van de voorgevel met zesruitsvensters en een deur op de begane grond en vierruitsvensters op de verdieping is overwegend 19e-eeuws. De linkerzijgevel aan de zuidoostzijde eindigt met een tuit met vlechtingen. In deze gevel een wapensteen uit 1591, afkomstig van de ridderhofstad, met het alliantiewapen Van Aeswijn - Van Isendoorn met en surtout het wapen van Ruwiel. In 1591 werd Aernoud van Aeswijn beleend met Ruwiel. Boven de wapensteen baksteentjes met ingekrast ANo CCVE en CDVE, mogelijk verwijzend naar de herbouw van de boerderij en de toenmalige bewoners.

De rechterzijgevel aan de noordwestzijde eindigt met een tuit met vlechtingen. Een gekruld muuranker in de top. Het metselwerk vertoont klezoren op de hoeken in de koppenlagen. Ter hoogte van de kelder vensters met spijlen, van de opkamer zesruitsvensters en op de verdieping een vierruitsvenster. In het inwendige loopt aan de rechterkant de kelder van de voorgevel tot de brandmuur. De overdekking bestaat uit houten troggewelven als vervanging van een kruisgewelf. De erboven liggende, onverwarmde, opkamer heeft een 19e-eeuwse balklaag evenwijdig met de voorgevel. Op de verdieping verdelen drie gebinten de ruimte in vier vakken. De eiken kapconstructie met krommers heeft gehakte merken. De kap is vernieuwd. Voor- en achtergedeelte worden door een (opnieuw opgemetselde) brandmuur van elkaar gescheiden.

De stalgevels ter linker- en rechterzijde zijn ongelijk van hoogte en in de tweede helft van de 19e eeuw van rode baksteen (waalformaat) opgetrokken. Halfronde stalraampjes met gietijzer en roeden. Het metselwerk van de achtergevel is vernieuwd. In het inwendige valt de bijzonder brede voerdeel op. Eikenhouten ankerbalkgebinten met gehaalde merken verdelen de ruimte in vijf vakken. De boerderij is van belang uit een oogpunt van geschiedenis, de herinnering aan de verwoeste ridderhofstad Ruwiel, en van belang door de historische constructie in voor- en achtergedeelte.

Reactie toevoegen